Op paneel A is Ptolemeus II Philadephus afgebeeld, die de godPtah aanbidt en hem een beeldje van Maät aanbiedt. De koning draagt de nemes-hoofddoek met uraeus en de ceremoniële baard. Hij is getooid met de wesech-kraag en twee armbanden aan elke arm. Hij draagt een korte, gladde rok met een gordel. Op paneel B staat Ptah in een schrijn, gehuld in zijn gebruikelijke nauwsluitende gewaad en schedelkapje. Hij draagt de ceremoniële baard en een halssieraad met een tegengewicht op zijn rug. Hij houdt met beide handen een staf vast waarvan de top wordt gevormd door de hiërogliefen voor "voorspoed", "leven" en "duurzaamheid". De godin Sechmet, op paneel C, heeft een zonneschijf met uraeus op het hoofd. Ze draagt een enkellange jurk met schouderbanden, een lange pruik en is getooid met een halskraag en twee armbanden aan elke arm. In haar linkerhand houdt ze een staf waarvan het uiteinde een papyrusbloem is, in haar rechterhand een anch-teken. De drie figuren zijn zorgvuldig gebeeldhouwd, in tegenstelling tot de hiërogliefische bijschriften.
(1) Het aanbieden van Maät (waarheid) aan zijn vader opdat hij leven geeft.
(2) [Horus] van Edfoe, de grote god, heer van de hemel.
(3) Weserkare-[meramon] ("Machtig is de ziel van Re, bemind door Amon"), (4) [Ptolem]eus, hij leve eeuwig. (5) Alle bescherming, leven en voorspoed zijn achter hem zoals Re.
(6) Ptah, heer van Maät, koning van de Beide Landen, (7) mooi van gezicht, die op de grote troon is, (8) de [grote] god, die verblijft in Dendera.
(9) Ik geef je een eeuwigheid als koning van de Beide Landen.
(10) [Sechmet, ...] van de Beide Landen, meesteres van alle buitenlanden, (11) [..., de grote], bemind door Ptah, meesteres van de hemel.
(12) Ik geef je alle vreugde zoals Re.
Bibliografie
W.A. van Leer, MVEOL, 3, 1936, 12-13/pl. III (nr. 7-8)
B. Porter, R.L.B. Moss, Topographical bibliography, VI, 1939, 110
W.M. van Haarlem (ed.), CAA Allard Pierson Museum Amsterdam, Fasc. 1, 1986, 51-53
R.A. Lunsingh Scheurleer, W.M. van Haarlem, Gids voor de afdeling Egypte, Allard Pierson Museum Amsterdam, 1986, 28, 30/fig. 11 (nr. 9)
W.M. van Haarlem, De Egyptische staatsgodsdienst, MVAPM 44 (september 1988), 8-16: 12, 14/fig. 29
R.A. Lunsingh Scheurleer, Egypte, geschenk van de Nijl, 1992, 104, 103/fig. 70