Osiris is hier in zijn typische vorm weergegeven met de atef-kroon en de godenbaard, de kromstaf en zweep in beide handen tegen de borst houdend. Een oor op de rug maakt het mogelijk het beeldje rond de nek te dragen als amulet. Goud is een waardevol materiaal en gemakkelijk herwerkbaar zodat weinig gouden beelden bewaard gebleven zijn. Het is het adequate materiaal voor godenbeelden want dit metaal, dat de kleur heeft van de zon, werd beschouwd als het materiaal waarvan de lichamen van de goden gemaakt zijn.
Katalog "5000 Jahre Aegyptische Kunst", Essen (1961) Nr. 198.
Katalog "5000 år egyptisk konst", Stockholm (1961) 114, Kat.Nr. 166.
Katalog "5000 Jahre Aegyptische Kunst", Wien (1961/62) 87 Nr.163.
Komorzynski, E., Ägyptische Denkmäler in Wien, in: Alte und moderne Kunst, 54/55, Wien (1962), 9.
Satzinger, H., Das Kunsthistorische Museum in Wien. Die Ägyptisch-Orientalische Sammlung. Zaberns Bildbände zur Archäologie 14. Mainz. 1994.
Seipel, W. (ed.), Ägypten. Götter, Gräber und die Kunst. 4000 Jahre Jenseitsglaube, Linz (1989).
Seipel, W. (ed.), Götter Menschen Pharaonen, Speyer (1993) = Dioses, Hombres, Faraones, Ciudad de México (1993) = Das Vermächtnis der Pharaonen, Zürich (1994).
Katalog "Osiris, Kreuz und Halbmond", Stuttgart (1984), 45, Nr. 31.