The Global Egyptian Museum

Deze goedbewaarde wollen tuniek leert ons over de klederdracht van de Kopten in de 6e tot 8e eeuw n. Chr.  In de faraonische periode werden wollen kleren als onrein beschouwd bij het ter aarde bestellen van hun doden, terwijl de Kopten hun doden in hun alledaagse kleren begroeven die uit zijde, wol, of linnen bestonden.  Door het droge klimaat is er relatief veel Koptisch textiel overgebleven dat overwegend uit graven komt (zoals dit exemplaar).  Dit staaltje vakmanschap bestaat uit een voor- en achtersectie die samen met de mouwen aan elkaar genaaid zijn.  Aan de uitsparing van de nek is een apart geweven inlegstuk geweven en de schouderbanden of clavi eindigen in lotus bloemen.  Toen het object werd aangekocht door het museum, waren er veel hechtingen in het textiel om de grote tuniek passend te maken voor een kind.  De reden hiertoe was de mogelijkheid om er als kind in verder te groeien.  Deze hechtingen zijn door restauratie gedeeltelijk weggewerkt.

Schrift
Sprache
Textgattun
Textinhalt
Beschriftungstechnik
Erhaltungszustand des Textes
Hieroglyphen
Umschrift
Übersetzung

Abbildungen	Attachments