The Global Egyptian Museum

Pantheïstische goden werden in de Ptolemaeïsche Periode veelvuldig vereerd vanwege hun fysieke en spirituele samensmelting van verschillende goden in één enkel figuur.  Deze groepering van eigenschappen zorgde voor een nog grotere toverkracht. Het beeldje toont een naakte man met een ramskop en godenpruik.  Achterlangs is de kop van een jakhals meegegoten en op de onderrug zijn de naar achter gedraaide kop, rug en staart van een valk weergegeven.  De staart van de valk rust op drie uraeusslangen die uit het voetstuk oprijzen.  Op de zijdelings gespreide vleugels bevinden zich nog meer dierenkoppen:  op de rechterschouder staat een ramskop en zittende kat en op de linkerschouder een valkenkop en krokodillenkop.  De penis van de man eindigt in een kattenkop.  Op het voetstukje zijn ook verschillende figuren aangebracht:  de omtrek van het voetstuk is versierd door een oeroboros (een slang die zichzelf in de staart bijt, symbool van de oneindigheid of het cyclische aspect van de natuur) en vooraan liggen ook nog twee krokodillen.

الكتابة
اللغة
نوع النص
محتوى النص
تقنية الكتابة
حالة حفظ النص
هيروغليفي
الترجمة الصوتية
الترجمة

الصور	Attachments